Wat zijn de interacties tussen geneesmiddelen en voedsel?

[Artikel bijgewerkt op 11/09/2023]

Sinds enkele jaren kijken we naar het verband tussen de behandeling met geneesmiddelen en onze voeding.

Voordat je verder leest

Ik ben geen expert op dit gebied, maar ik heb een passie voor voeding en gezondheid.

De artikelen die je op mijn site vindt, zijn het resultaat van diepgaand onderzoek dat ik graag met je wil delen. Ik wil echter benadrukken dat ik geen gezondheidsdeskundige ben en dat mijn advies in geen geval dat van een gekwalificeerde arts mag vervangen. Ik ben er om je te begeleiden, maar het is belangrijk dat je een professional raadpleegt voor specifieke vragen of medische problemen. Jouw welzijn is belangrijk. Zorg er dus voor dat je de juiste deskundigen raadpleegt en zorg zo goed mogelijk voor jezelf.

Tussen de gevolgen voor de gezondheid en de interacties die vermeden moeten worden, zijn er veel gevallen. Het valt dus niet te ontkennen dat we altijd waakzaam moeten zijn voor de effecten van medicatie.

De ongewenste effecten van behandelingen op het gewicht begrijpen

Een aantal patiënten die een behandeling ondergaan, ervaren vaak effecten op hun gewicht (toename/afname). Naast iatrogene gewichtstoename vormen deze medicijnen een echte belemmering voor gewichtsverlies. Sommige patiënten raken ontmoedigd en weten niet hoe ze dit probleem kunnen oplossen. Bovendien krijgen ze heel weinig informatie over de bijwerkingen van hun behandeling, waardoor ze niet in staat zijn om nieuwe gewoonten aan te nemen, vooral eetgewoonten.

Het is dus een feit: medicijnen kunnen gewichtstoename veroorzaken.

Hoe kan dit fenomeen worden verklaard?

Er zijn zes plausibele verklaringen:

  • Afname van het energieverbruik;
  • Toename van vetweefsel door extra stimulatie van de insulinesecretie;
  • Toegenomen eetlust;
  • Toegenomen dorst, wat leidt tot consumptie van suikerhoudende dranken;
  • Vasthouden van water;
  • Smaakveranderingen die leiden tot overeten.
manger des beignets

Voorbeelden van interacties tussen geneesmiddelen en bijwerkingen

Psychotrope medicijnen (antidepressiva en antipsychotica)

Deze geneesmiddelen kunnen een vertraging van de stofwisseling, een toename van de eetlust, een vermindering van de activiteit en hormonale veranderingen veroorzaken.

Endocriene verstoring: Psychotrope drugs verstoren de signalen die gekoppeld zijn aan gevoelens van honger en verzadiging in de hypothalamus. Deze verstoring veroorzaakt een orexigene werking, d.w.z. stimuleert de eetlust en vermindert het energieverbruik.

Insuline

De rol van insuline is ervoor te zorgen dat glucose in de lichaamscellen terechtkomt, vooral in de spieren, het vetweefsel en de lever, waar het wordt omgezet en opgeslagen. Insulinesecretie bevordert de opslag van vet in het lichaam.

Bij diabetes wordt over het algemeen suiker gevonden in de urine, wat bekend staat als glycosurie. Dit komt door de afwezigheid van insuline, die voorkomt dat glucose de cellen binnendringt. Bij diabetes zorgt het innemen van insuline ervoor dat de glycosurie verdwijnt. Glucose wordt uiteindelijk opgenomen door de cellen, wat leidt tot gewichtstoename.
Patiënten moeten daarom een nieuwe levensstijl aannemen die compatibel is met hun insulinedoses.

Bètablokkers

Bètablokkers worden gebruikt in de cardiologie, vooral bij de behandeling van hoge bloeddruk, angina pectoris en hartritmestoornissen. Bètablokkers halveren het effect van thermogenese na een maaltijd, wat leidt tot de opslag van vet in het lichaam en dus gewichtstoename. Thermogenese reguleert de lichaamstemperatuur door vet te verbranden. Dit helpt om het gewicht te reguleren en te stabiliseren.

Corticosteroïden

In het begin zal het gebruik van corticosteroïden het hongergevoel verhogen en daardoor mogelijk hyperfagie bevorderen. Op korte termijn klagen patiënten vaak over buikpijn, stemmingswisselingen en veranderingen in de menstruatiecyclus bij vrouwen.

Na 2/3 maanden behandeling kan hyperinsulinemie (verhoogde insulinesecretie veroorzaakt door insulineresistentie) worden waargenomen bij 40 tot 60% van de patiënten.
Hyperinsulinemie leidt tot spieratrofie, stimuleert vetopslag en veroorzaakt een herverdeling van vetcellen (lipodystrofie in het gezicht).

Antihypertensiva

Deze kunnen gewichtstoename bevorderen door het vasthouden van water (oedeem). De verwijding van de bloedvaten die gepaard gaat met de werking van de medicatie, helpt namelijk om de bloeddruk te verlagen. De bloedvaten worden echter minder waterdicht, waardoor plasma in het interstitiële vocht lekt en oedeem ontstaat.

Naast de schadelijke effecten die deze behandelingen hebben op onze lichamelijke gezondheid, wordt ook de geestelijke gezondheid aangetast.

Het meest voorkomende en bewezen gevolg is afhankelijkheid. Dit is vooral het geval bij het gebruik van psychotrope middelen zoals antidepressiva, anyolieten, neuroleptica, hypnotica en regulatoren voor bipolaire stoornissen. De proefpersoon heeft de neiging om zeer snel verslaafd te raken en zijn stemmingen te veranderen. Psychologische follow-up is belangrijk om de verwoestende gevolgen van verslaving te compenseren.

Interacties tussen drugs en voedsel die vermeden moeten worden

Naast de impact van drugs op onze stofwisseling, kan interactie met bepaalde voedingsmiddelen een aantal effecten hebben:

  • De werking van het geneesmiddel verminderen;
  • De werking van het geneesmiddel verhogen;
  • Toename van bepaalde ongewenste effecten.

Vitamine K en antistollingsmiddelen:

Vitamine K is essentieel voor de bloedstolling, botmineralisatie en celgroei. Het is aanwezig in onze voeding en de behoefte is vrij laag (45 microgram voor een volwassene en 10 microgram voor een kind).

AVK’s (anti-vitamine K) hebben een bloedverdunnend effect en worden vooral gebruikt bij hart- en vaatziekten.

Vitamine K zit vooral in grote hoeveelheden in groene groenten zoals boerenkool, spruitjes, broccoli, salade, etc. Het zit ook in vis, zuivelproducten en lever.

Tijdens de behandeling is het daarom essentieel om de hoeveelheid vitamine K die wordt ingenomen aan te passen aan de voorgeschreven dosis VKA. Abrupt stoppen met de inname van vitamine K kan leiden tot een overdosis van het geneesmiddel, met hypocoagulabiliteit als gevolg. Omgekeerd vermindert een teveel aan vitamine K de effectiviteit van de behandeling en kan leiden tot trombose. In dit geval moet de dosering worden verhoogd.

Omega-3-vetzuren hebben een vergelijkbaar effect als VKA’s, dus hun interactie kan het risico op bloedingen verhogen.

Citrusvruchten en ontstekingsremmers/aspirine

Het innemen van ontstekingsremmers of aspirine in combinatie met citrusvruchten (citroen, grapefruit, sinaasappel) kan maagpijn veroorzaken zoals maagreflux of een branderig gevoel.

Grapefruit en interacties

Het consumeren van grapefruit bij het gebruik van cholesterolverlagende medicijnen zoals simvastatine of atorvastatine kan de absorptie ervan verhogen en ernstige gevolgen hebben voor de spieren.

Net als bij het gebruik van immunosuppressiva is de gelijktijdige consumptie van grapefruit niet zonder gevolgen voor de nieren.

pamplemousse

Calcium en antibiotica

Overconsumptie van zuivelproducten (kaas, yoghurt, melk) vermindert het effect van antibiotica. Het calcium in zuivelproducten vormt een onoplosbaar complex met het antibioticum, waardoor de werking ervan verandert.

Zoethout en hypertensie

Het is aangetoond dat zoethout de bloeddruk verhoogt, dus als je lijdt aan chronische hypertensie beperk je best je consumptie van zoethout en producten met anijssmaak.

Alcohol

Interacties tussen alcoholgebruik en medicatie komen vaak voor. Ze treden vooral op bij het gebruik van anxiolytica zoals benzodiazepines, pijnstillers, geneesmiddelen op basis van codeïne, tramadol, neuroleptica, antidepressiva, enz. en alle geneesmiddelen die de alertheid verminderen.

Deze drugs beïnvloeden de gemoedstoestand, en in het bijzonder de concentratie, dus wanneer ze in combinatie met alcohol worden gebruikt, worden de effecten versterkt, met name door een toename van slaperigheid.

Naast slaperigheid zijn er andere metabolische veranderingen zoals een verhoogde hartslag, hartkloppingen, zweten, angst, misselijkheid en braken.

De combinatie van alcohol met niet-steroïde ontstekingsremmers kan brandend maagzuur en gastro-oesofageale reflux veroorzaken.

Cafeïne

Dranken op basis van cafeïne hebben een verminderend effect op de effectiviteit van medicijnen zoals kalmerende of slaapmiddelen. Bovendien kan cafeïne een negatieve invloed hebben op bepaalde aandoeningen, waaronder astma. Als onderdeel van de behandeling van astma wordt een bronchodilatator van het type theofylline toegediend om de luchtwegen te openen. De cafeïne in koffie is vergelijkbaar met theofylline, dus samen koffie en astmamedicatie nemen kan de bijwerkingen van de behandeling versterken.

Thee en ijzersupplementen

Van thee is bekend dat het de opname van ijzer in het lichaam vermindert. Als je ijzersupplementen neemt, is het daarom aan te raden om twee uur daarna geen thee te drinken. De tannines in ijzer verminderen de opname van ijzer met 70%.

In het algemeen is het altijd het beste om de verschillende effecten en interacties van medicijnen met een zorgverlener te bespreken om risico’s te vermijden. Interacties tussen geneesmiddelen kunnen ook een gevaar vormen voor de gezondheid van de patiënt. In het geval van iatrogene gewichtstoename lijkt ondersteuning door zorgverleners belangrijk.